196. Les Copains d'abord (1964) - George Brassens

Georges Brassens (Sète, 22 oktober 1921 – Saint-Gély-du-Fesc, 29 oktober 1981) groeide uit tot een van de populairste auteurs en vertolkers van het Franse chanson toch was zijn debuut moeizaam. Toen hij bekend werd, schreef hij al meer dan tien jaar chansons en had hij vrijwel zonder inkomsten geleefd. Als hij niet was geholpen door vrienden was hij onbekend gebleven en zou hij waarschijnlijk clochard zijn geworden.

 Dankzij zijn vrienden kwam hij begin 1952 in contact met Patachou die in hem onmiddellijk een talent herkende. Zij voorspelde dat hij binnen een jaar beroemder zou worden dan zijzelf. Dat gebeurde inderdaad nadat hij in haar cabaret optrad. Moest optreden, want hij beschouwde zichzelf als auteur en componist, hij dacht er geen moment aan om zelf op te treden. 'Ik ben toch geen circusartiest!' had hij gezegd toen Patachou aandrong.

Hoewel Patachou enkele chansons van hem kocht, vond ze dat hij zijn eigen chansons moest zingen omdat ze zo persoonlijk waren dat niemand anders ze zou kopen. Hij werd door een deel van zijn publiek bemind om zijn non-conformistische liedjes, maar menigeen was geschokt door zijn directe taal. Veel van zijn liedjes werden verboden voor de Franse en Zwitserse radio (soms gekuist).

X43b%20George%20Brassens

[Foto: onbekend]  

Zijn liedjes waren niet alleen schokkend omdat ze recht-voor-zijn-raap-woorden bevatten, maar ook omdat ze zo indruisten tegen de burgerlijke normen van toen (rond 1953). In de honderden liedjes die hij schreef komen typische en uiteenlopende personages tot leven: boerenmeisjes, vlinderjagers, hoeren, verliefde stelletjes, gendarmes, hoorntjesdragers, kruimeldieven, overspelige vrouwen, trouwe echtgenoten, pastoors, doodgravers, moordenaressen, dronkenlappen... Hij neemt het op voor mensen die traditioneel door het publiek geminacht wordt, de croquants, de brave burgers met hun vooroordelen.

Vrijwel al zijn melodieën zijn van heel persoonlijke signatuur, ze zijn herkenbaar maar onopvallend, uitsluitend bedoeld als de dragers en versterkers van de teksten. Hij bleef tot zijn dood trouw aan zijn oorspronkelijke eenvoudige stijl, waarin hij zichzelf begeleidde op de gitaar. De rest van zijn orkest bestond uit Pierre Nicolas, contrabas en vaak een sologitarist. Zijn muziek doet voor sommigen soms monotoon aan. Bij nadere beschouwing blijken zijn melodieën even meesterlijk als zijn teksten en ze kunnen een eigen leven leiden. Veel van zijn muziek is gebruikt door jazzmuzikanten.

Georges Brassens stierf in 1981 op zestigjarige leeftijd en werd bijgezet in het familiegraf van Brassens op de armenbegraafplaats 'Le Py' van Sète. 

(bron: nl.wikipedia.org/wiki/Georges_Brassens)  

MUZIEKNOOTLes copains d'abord is het thema voor de film Les Copains (1964), geschreven door Brassens, hij gaf tevens een album uit onder dezelfde naam.

Over de diepere laag van Les copains d'abord, bestaat nog enige onduidelijkheid. Volgens een Engelstalige Engelse bron is Les Copains d'Abord opgedragen aan de goede vrienden die Brassens vergezelden op boottochten voor de zuidkust van Frankrijk in een boot genaamd “Les copains d'abord”. Één van de opvallende kenmerken in het leven van Brassens was de duurzame vriendschappen die hij smeedde, wat ook duidelijk is in zijn andere liedjes.

Volgens een andere bron is Les copains d'abord een verwijzing en aanklacht tegen de mentaliteit van bemanning van het marineschip de Meduse die na een schipbreuk zelf als eerste de reddingsboten bezetten. Er zijn nog een paar overlevenden aan land gekomen die een vlot uit het wrakhout samengesteld hadden. Een aantal van deze schipbreukelingen is op het vlot van ontbering gestorven. Een schandaal van de eerste orde dat pas later in Frankrijk bekend werd. Er bevindt zich in het Louvre te Parijs een schilderij van Théodore Géricault, genaamd Le radeau de Meduse (Het vlot van de Meduse) met dit drama als onderwerp.

Tekst: Les copains d'abord

Non, ce n'était pas le radeau
De la Méduse, ce bateau
Qu'on se le dise au fond des ports
Dise au fond des ports
Il naviguait en père peinard
Sur la grand-mare des canards
Et s'appelait les copains d'abord
Les copains d'abord

Ses fluctuat nec mergitur
C'était pas de la littérature
N'en déplaise aux jeteurs de sort
Aux jeteurs de sort
Son capitaine et ses mat'lots
N'étaient pas des enfants d'salauds
Mais des amis franco de port
Des copains d'abord

C'étaient pas des amis de luxe
Des petits Castor et Pollux
Des gens de Sodome et Gomorrhe
Sodome et Gomorrhe
C'étaient pas des amis choisis
Par Montaigne et La Boëtie
Sur le ventre ils se tapaient fort
Les copains d'abord

C'étaient pas des anges non plus
L'Évangile, ils l'avaient pas lu
Mais ils s'aimaient tout's voil's dehors
Tout's voiles dehors
Jean, Pierre, Paul et compagnie
C'était leur seule litanie
Leur Credo, leur Confiteor
Aux copains d'abord

Au moindre coup de Trafalgar
C'est l'amitié qui prenait l'quart
C'est elle qui leur montrait le nord
Leur montrait le nord
Et quand ils étaient en détresse
Que leurs bras lancaient des SOS
On aurait dit les sémaphores
Les copains d'abord

Au rendez-vous des bons copains
Y avait pas souvent de lapins
Quand l'un d'entre eux manquait à bord
C'est qu'il était mort
Oui, mais jamais, au grand jamais
Son trou dans l'eau ne se refermait
Cent ans après, coquin de sort
Il manquait encore

Des bateaux j'en ai pris beaucoup
Mais le seul qu'ait tenu le coup
Qui n'ai jamais viré de bord
J'mais viré de bord
Naviguait en père peinard
Sur la grand-mare des canards
Et s'appelait les copains d'abord
Les copains d'abord

(Auteur: Georges Brassens Componist: Georges Brassens)  

X123%20Les%20copains

Tekst: Les copains d'abord - ("De Vrienden Eerst" (1) Nederlandse vertaling

Vertaling door Henriëtte van der Staay - Limmen (NH) 

Nee, dit was niet het vlot
Van de Medusa, deze boot (2)
Laat het gezegd worden tot diep in de havens
Gezegd worden tot diep in de havens
Hij laveerde als een gezapige ouwe heer
Op de grote open eendenvijver
En hij heette "De Vrienden Eerst"
"De Vrienden Eerst"

Zijn vele fluctuat nec mergitur (3)
Was de praktijk, niet alleen literatuur
Jammer voor de onheilsprofeten
Voor de onheilsprofeten
Zijn kapitein en zijn matrozen
Waren geen rotzakken
Maar de frank en vrije maatjes
Van de vrienden eerst

Ze waren geen luxe vrienden
Geen kleine Castors en Poluxjes (4)
Geen mannen van Sodom en Gomorra (5)
Sodom en Gomorra
Zij waren geen vrienden geselecteerd
Door Montaigne en La Boétie (6)
Zij konden het gewoon goed met elkaar vinden
De vrienden eerst

Het waren ook geen engeltjes
Het Evangelie hadden ze niet gelezen
Maar ze hielden van elkaar met alle gehesen zeilen
Met alle gehesen zeilen
Jean, Pierre, Paul en vaargezellen
Het was hun enige lofzang
Hun geloofsbeleidenis, hun biecht
Aan de vrienden eerst

Bij de minste schijn van Trafalger (7)
Was het de vriendschap die de wacht overnam (vriendschap als kompas!)
Zij liet hun zien waar het Noorden was
Hun zien waar het Noorden was
En als zij in zo'n grote nood verkeerden
Dat zij met hun armen SOS signalen maakten
Zou men zeggen dat zij seinden
De vrienden eerst

Bij een afspraak van de goede vrienden
Waren er niet vaak wegblijvers
Liet een van hen verstek gaan
Dan kwam dat omdat hij dood was
Ja, maar never-nooit
Zal het gat in het water zich sluiten (verwijzing naar een zeemansgraf)
Honderd jaar later, verdikkeme
Werd hij nog steeds gemist

Boten, ik heb op vele gevaren
Maar de enige die stand hield
Die nooit van de koers is afgeweken
Nooit van de koers is afgeweken
Laveerde als een gezapige ouwe heer
Op de grote open eendenvijver
En hij heette "De Vrienden Eerst"
"De Vrienden Eerst"   

(1) Woordspelletje: les copains d'abord betekent vrienden eerst, maar als het wordt uitgesproken kan het klinken als: les copains de bord en dat betekent maatjes. 

(2) De Medusa leed schipbreuk in 1816 op weg naar Senegal, 149 mensen verbleven 27 dagen op een vlot zonder voedsel of water. Er was sprake van moord, zelfmoord en kannibalisme en slechts 15 kwamen er levend van af. Het is een historisch gebeuren en werd uitgebeeld in film, boek en op een bekend schilderij, "het vlot van de Medusa" geschilderd door Géricault. 

(3) 'Fluctuat nec mergitur' betekent: 'schommelt op de golven maar gaat niet onder'. 
Het was oorspronkelijk het motto van het gilde van de Seineschippers en werd later ook het motto op het wapen van Parijs. 

(4) Castor en Pollux waren, volgens de klassieke mythologie, goddelijke tweelingbroers en zeer aan elkaar verknocht. 

(5) Sodom en Gomorra waren de steden die, volgens het Bijbelverhaal, door God werden vernietigd vanwege hun ontaarde inwoners. Sodom was de stad waarin de mannen geen vrouwen hadden, maar de voorkeur gaven aan mannelijke partners. 

(6) Michel de Montaigne leefde in de 16e eeuw, hij was een belangrijke man, filosoof, schrijver en politicus. Hij en humanist, magistraat en dichter Etienne La Boétie koesterden een unieke, diepgaande vriendschap voor elkaar. Zij inspireerden elkaar met hun denkbeelden. Montaigne schreef er een essay over: "Over vriendschap".

(7) De Slag bij Trafalger in 1805 was de belangrijkste zeeslag tijdens de Derde Coalitieoorlog tussen het Verenigd Koninkrijk en het Franse keizerrijk van Napoleon. De Engelse vloot onder Nelson vernietigde de Franse vloot onder admiraal Villeneuve. In het Frans heeft 'un coup de Trafalgar' de betekenis gekregen van een onverwachte, rampzalige gebeurtenis.
Pikant detail en relevant voor dit verhaal over zeelieden onder elkaar:
Nelson sneuvelde tijdens de slag. Zijn lichaam werd gepreserveerd in een vat rum en teruggebracht naar Groot-Brittannië waar Nelson uitgroeide tot de grootste zeeheld van de natie. De verslagen Franse admiraal Villeneuve was een van de genodigden op de begrafenis van zijn gesneuvelde tegenstander. (Bron: isgeschiedenis.nl/nieuws/slag-bij-trafalger)


 

{{ message }}

{{ 'Comments are closed.' | trans }}